23 juni 2016

Mijn man ging vreemd #2

Mijn brief
Gevoelsmatig is het al jaren geleden dat ik jullie, de lezeressen van de ZeeuwZe, een brief schreef over mijn man die vreemd was gegaan (red. klik hier als je deze brief nog eens wilt lezen).
Meer dan 50 mailtjes heb ik toen via de ZeeuwZe ontvangen en ik heb ook alle reacties gelezen op Facebook. Wat hartverwarmend was dat.
Ik had het zo nodig, omdat ik toen enorm in het duister leefde.
Mijn man was niet langer mijn man, want ik zag alleen zijn lichaam verstrengeld met haar lichaam. Die vrouw waar hij mee vreemd was gegaan.
Vreemdgaan
Zoals ik toen al schreef was het niet alleen zijn lichamelijke daad die me kapot maakte, maar het feit dat ik mijn man niet langer kon vertrouwen. Hij was ontrouw geweest. Had tegen me gelogen. En had zijn piemel in haar vagina gestoken.
Het voelde vies. Alsof hij een besmettelijke ziekte had. Het verraad voelde ik in niet alleen in mijn onderbuik, maar vooral ook in mijn hart. Letterlijk zelfs door het gevoel dat er een steen op mijn borstkas lag, waardoor ik niet goed kon ademhalen.
Hij heeft het leven uit me geperst met zijn daad. Althans zo voelde het op dat moment.
En nu?
De weg naar herstel was een lange weg. En heel eerlijk? Ik ben er nog moe van.
Kapot. Ik moest weer helemaal opnieuw leren om hem te vertrouwen. Opnieuw leren dat zijn lichaam op mijn lichaam mocht liggen, zonder dat ik braakneigingen kreeg.
De eerste keer dat we namelijk weer vreeën, had ik braakneigingen en liepen de tranen over mijn wangen van ongemak, schaamte, onzekerheid en verdriet.
Volgens onze therapeut was dit normaal, maar zo voelde het dus niet.
Mijn man was niet langer van mij. Zijn lichaam betast door andere handen, door een andere mond.
photo_61271_20160206
Lijdensweg
Naar de buitenwereld toe deed ik alsof. Alsof we het perfecte koppel waren en er geen vuiltje aan de lucht was. Waarom?
Stel nu dat iemand haar kent?
Dan hoorde ze dat ze ons niet kapot had gemaakt, want die eer gunde ik haar niet.
Maar binnen de ‘veilige’ muren van ons huis was het wel anders.
Hij hoefde maar naar me te kijken of ik moest huilen, braken, of schreeuwde; ‘hoerenloper’ naar hem.
Natuurlijk niet waar ons kind bij was! Maar vertrouw me dat de avonden lang waren als je kind al om zeven uur op bed ligt.
Relatietherapie
Tijdens de therapie heb ik wel veel geleerd.
En hoewel ik dacht dat we daar zouden zitten om zijn gedrag te bespreken werd ook ik onder een vergrootglas gehouden.
Ik? Ja. Mijn gevoel van eigenwaarde mocht ik gaan opbouwen. Ik mocht geloven in mijn eigen kracht en in mijn kracht gaan staan.
Termen die mij voorheen niets deden, ik kende ze überhaupt niet eens.
Ik moest aan mijn man vertellen hoe ik mezelf voelde en langzaam, met kleine stapjes gingen we richting herstel.
Vertrouwen
Alles valt of staat met vertrouwen en ik moest hem weer vertrouwen. Dus als hij een uur later thuis kwam niet in paniek raken, of boos bellen, maar vertrouwen.
Als hij op stap ging met zijn vrienden niet denken dat hij in het steegje lag te vrijen met een andere vrouw of stond te zoenen, maar vertrouwen.
En als hij mij aanraakte, niet langer denken aan haar vingers op zijn lichaam of haar mond, maar vertrouwen. Vertrouwen dat hij mij wilde, en niet (langer) haar.
De laatste loodjes
Komen we er ooit? Ik weet het niet. Want naast vertrouwen mag ik ook leren vergeven. In eerste plaats mezelf, daarnaast mijn man en de hele klote situatie.
Ik vergeef mezelf, ik vergeef mijn man en ik vergeet liever de hele situatie.
Ik vergeef je schat. Ik vergeef je.
Woorden die hem lieten huilen. Woorden die mij lieten stoppen met braken. En woorden die ervoor zorgden, dat we weer vooruit kunnen kijken. Dat we weer kunnen vrijen als man en vrouw en kunnen genieten van elkaar en van ons leven.
Ik vergeef je!